Osteopathie is een samenvoeging van twee Griekse woorden osteon (weefsel) en pathos (gevoel). In de Osteopathie gaat het dan ook om het voelen van beweging van weefsels.

Osteopathie is een manuele onderzoeks- en behandelmethode van het bewegingsapparaat, van organen en andere weefsels van het lichaam. De Osteopathie onderzoekt de bewegingsvrijheid van al deze systemen en zoekt naar relaties met uw klacht.

Het belangrijkste uitgangspunt van Osteopathie is: Panta Rhei, alles wat leeft stroomt. Het leven drukt zich uit in stromingen. Waar stroming belemmerd wordt, kan zich ziekte nestelen. Het belangrijkste doel van Osteopathie is: het herstellen van bewegingsverlies.

Overige uitgangspunten van de Osteopathie zijn:
De mens is een biologische eenheid en alle systemen beïnvloeden elkaar;
de structuur en functie van elk onderdeel zijn aan elkaar gekoppeld;
de mens heeft de mogelijkheid om zichzelf te genezen, het zelfherstellend vermogen. Verstoring van dat systeem kan tot ziekte leiden.

Binnen het osteopathisch concept wordt het lichaam onderverdeeld in drie bewegingssystemen. Deze drie systemen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en beïnvloeden elkaar voortdurend:

  • Het parietale systeem
    = het bewegingsapparaat (botten, spieren en gewrichten);
  • Het viscerale systeem
    = de inwendige organen met bloedvaten en Iymfestelsel;
  • Het cranio-sacrale systeem
    = schedel, wervelkolom, zenuwstelsel en hersenvochtcirculatie.

Osteopathie dient te worden beschouwd als een volwaardige geneeskunde, gebaseerd op een uitgebreide medische gedachtegang en wetenschappelijke inzichten. Osteopathie kan worden beschouwd als een wetenschap, een filosofie en een kunst binnen de hedendaagse gezondheidszorg, op basis van een originele denkwijze en originele principes voor het onderzoeken en behandelen van de patiënt.

De wetenschap binnen de Osteopathie is gebaseerd op een specifieke, zeer gedegen kennis van embryologie (ontwikkelingsleer), de anatomie (bouw) en fysiologie (functieleer) van het menselijk lichaam. Daarnaast is ook de benodigde kennis van biologie, hygiëne, voedingsleer, medische
beeldvorming, psychologie en de deskundigheid om ernstige ziektes te herkennen of uit te sluiten vereist.

Naast specifieke osteopatische kennis en principes moet een osteopaat dus grondig onderricht, geëxamineerd maar ook bijgeschoold zijn in al deze vakken. Osteopaat word je niet zomaar.
Daar gaat een intensieve en langdurige opleiding aan vooraf. Op dit moment zijn er drie erkende opleidingen in Nederland. De opleiding tot osteopaat waarvoor als toelatingseis het diploma van een paramedische- of medische HBO-opleiding geldt, duurt zes jaar en wordt, na het schoolexamen, afgesloten met een stage en een case-study of een thesis.

Heeft de osteopaat een thesis met succes verdedigd dan verwerft hij de titel DO-MRO (Diploma in osteopathie, Member (lid) van het Register voor osteopaten).

Meer informatie: